De techniek achter het wiel toegelicht

| Competence | Comfort | Security |

TechCorner

WIELDEFINITIES & DE JUISTE WIELKEUZE

 

Wieldefinities (zie wieldefinities in beeld)

Wieldiameter (diamètre, diameter, Durchmesser): Buitendiameter van het wiel.

Wielbreedte (largeur, width, Breite): Breedte van het wiel, gemeten op de velg*.

Naafdiameter (diamètre du moyeu, hub diameter, Nabendurchmesser): Buitendiameter van de naaf**.

Naaflengte (longuer noyeu, hub width, Nabenlänge): Lengte van de naaf**. De lengte kan groter, kleiner, gelijk of asymmetrisch zijn aan de wielbreedte.

 

Lagerzitting (logement de roulement, bearing seat, Lagersitz): Ruimte waarin het lager** wordt gemonteerd.

     -> Boring diameter (diamètre de l’alésage, bore diameter, Achslochdurchmesser): Diameter van de boring door de naaf of binnendiameter van het lager. Bepaalt welke as of lager past in de boring van het wiel.

     -> Kamerdiepte (profondeur de logement, bearing seat dimensions, Lagersitzabmessungen): Diepte van de lagerzitting.

     -> Inspanlengte (longueur de serrage, fixing lenght, Einspannlänge): Breedte van de lagermontage, lager en afdichting inbegrepen.

 

Asgat diameter(alésage, bore, Achsloch): afmeting waarin de as past (in de boring van het wiel of in een lager**).

Flensafstand (distance de la flasque, flange width, Steglänge): Afstand tussen de naaf** en de velg*.

 

Wielkern (corps de roue, wheel centre, Radkörper): Deel van het wiel, bestaande uit naaf**, flens*** en velg*. Hierop wordt de bekleding aangebracht.

 

Draagvermogen (capacité de charge, load capacity, Tragfähigkeit): Maximale last die door het wiel kan gedragen worden.

 

Wiel (roue, wheel, Rad)

Een wiel bestaat uit een loopvlak/band, velg en naaf.

Een wiel kan gemonteerd worden in een behuizing.
Afhankelijk van het type behuizing is het resultaat een zwenk- of vast wiel.
– De zwenkwielen kunnen 360° zwenken rond een verticale as.
– De vaste wielen daarentegen zijn fix bevestigd en zorgen voor een goede richtingsstabiliteit.
In de meeste gevallen worden 2 zwenkwielen en 2 vaste wielen aangebracht.

A. Loopvlak/Band (bandage, tyre, Bereifung) 

Het buitengedeelte van het wiel dat in contact staat met de bodem of rijweg.
Massief rubber rolt soepel en geruisloos. De stijfheid en het laadvermogen zijn echter beperkt.
Polyamide is schok- en slagvast, chemisch bestendig en slijtvast. Anderzijds is dit een niet-elastisch materiaal.
Polyurethaan is extreem slijtvast, geluidsabsorberend en heeft uitstekende roleigenschappen.

B. *Velg (jante, rim, Felge)

Een velg is de buitenrand van een wiel waar de bekleding op ligt.

C. **Naaf (moyeu, hub, Nabe)

Een naaf is het centrale gedeelte van het wiel, voor de bevestiging van een (aandrijf-)as. Een naaf bestaat uit een verspaant stuk waarbij afhankelijk van de toepassing de naaf via een lager, een spiebaan, een klembus of een vaste verbinding verbonden wordt met de bijhorende as.

1. Lager (zie wieldefinities in beeld)

Een lager is een machineonderdeel dat de beweging van het wiel om zijn as mogelijk maakt en de wrijving vermindert tussen de bewegende onderdelen.

Glijlager (roulement lisse, plain bearing, Gleitlager)

Eenvoudig, grotendeels onderhoudsvrij lager. Schok- en slagvast. Geschikt voor gebruik in vochtige omgevingen. Voor apparaten met lage snelheid (max. 4 km/u) en voor korte afstanden. Er is een glijdcontact in het lager.

Kogellager (roulement à billes, ball bearing, Kugellager)

Stevige, slijtvaste, grotendeels onderhoudsvrije lagers. Lage lager wrijving. Schok- en slagvast. Permanente smering. De meest gebruikte lagers voor lage snelheidsinrichtingen (max. 4 km/u). Rollen soepeler in vergelijking met glijlagers. Door het rolcontact heeft een kogellager een soepeler rijgedrag.

Precisie kogellager (roulement conique, cone bearing, Konuskugellager)

Voor snelheden tot 20 km/u en zwaardere belastingen. Lage rolweerstand bij gebruik.

2. Spiebaan (zie wieldefinities in beeld)

Een spiebaan is een machinaal bewerkte groef over de lengte van de boring, die de motorkracht overbrengt naar het wiel. Via de boring en de as wordt de motorkracht door middel van de spie overgebracht naar het wiel. Geen axiale borging op de as!

3. Klembus (zie wieldefinities in beeld)

Een klembus is een as/naaf verbinding die de motorkracht overbrengt naar het wiel zonder gebruik van een spiebaan. Door middel van een conische of cilindrische klembus wordt de as en de boring tegen elkaar geklemd zodat er kracht kan overgebracht worden. Eenvoudig te monteren en demonteren. Biedt ook axiale borging op de as.

D. ***Flens (voile, flange, Steg)

De flens verbindt de naaf en de velg. Dit is een schijf waar al dan niet boutgaten zijn aangebracht. De spaken kunnen met verstevigingsribben worden verzwaard voor betere stabiliteit en sterkte. Staal gelaste wielen kunnen van 2 flenzen worden voorzien voor meer sterkte en gewichtsreductie.

Een flenswiel is een wiel met een flens waar bevestiging aan een naaf mogelijk is.

De keuze van wiel en zwenkwiel is afhankelijk van:

1. Het vereiste draagvermogen

Wat moet een wiel/zwenkwiel dragen?
– De belasting van een wiel kan worden berekend met behulp van de volgende vuistregel: belasting = (inherent gewicht + maximale belasting)/3
– Het wordt gedeeld door 3 omdat op ongelijke vloeren een apparaat met 4 wielen slechts 3 wielen in contact met de vloer zal hebben. Deze 3 dragen dan het volledige gewicht.
– Dit is echter een zeer algemene manier om het draagvermogen te bepalen. Vraag uw consulent om een gedetailleerde berekening.
De in het basis assortiment wielen gespecificeerde laadvermogens gelden voor snelheden tot 4 km/u en een omgevingstemperatuur van 10°C tot 60°C. Vraag aan uw consulent een oplossing voor afwijkende waarden.

2. De bodemgesteldheid

Is de vloer ruw of glad? Is de vloer bedekt met tegels, beton of is het een zware industriële vloer? Over het algemeen kunt u op gladde industrievloeren hardere wielen (dun loopvlak of harde kunststof) gebruiken, terwijl op ruwe industrievloeren zachte wielen (dik loopvlak of zachtere kunststof) beter presteren. Kies niet-markerende wielen als u wilt voorkomen dat er profielsporen achterblijven. Als er gronddorpels zijn, moet rekening worden gehouden met extra draagvermogen. Kies voor wielen met glijlagers en een roestvrijstalen vork in voedselproductieruimtes of op natte oppervlakken.

3. De gebruiksfrequentie

Wordt de apparatuur slechts kortstondig gebruikt, of is er een permanente bedrijvigheid?

4. Omgevingsfactoren (temperatuur en temperatuurschommelingen, chemicaliën, vocht en hygiëne-eisen)

Elke gebruikslocatie stelt specifieke eisen. Vocht, koude, warmte, temperatuurschommelingen, elektrische geleidbaarheid en chemicaliën hebben allemaal invloed op de duurzaamheid, roleigenschappen of de weerstand van de beweging.

5. Comfort

U kunt ook het gewenste niveau van comfort en soepelheid kiezen. Het materiaal van de wielen bepaalt de roleigenschappen en het rijcomfort.
6. Specifieke afmetingen
Inbouwmaten bepalen de wieldiameter, de bouwhoogte en de uitlading van een zwenkwiel. De montage wordt bepaald door de plaatafmetingen.

7. Kwaliteit van de gebruikte materialen

VULKOLLAN® is het benchmark elastomeer op de markt. De uitstekende mechanische eigenschappen zorgen voor een wiel met een maximaal dynamisch draagvermogen en een lange levensduur, zelfs in moeilijke en veeleisende omstandigheden.
PRINTHANE™ is de verzamelnaam voor alle Vulkoprin PU-elastomeren die speciaal zijn ontwikkeld voor extreme toepassingsgebieden.
Lees meer over hoogwaardige “Materialen” gebruikt door Vulkoprin.